‘GILETS JAUNES’: ABORDONS-NOUS LA VRAIE CAUSE DU PROBLÈME
Depuis plusieurs semaines, des groupes de personnes vêtues de gilets jaunes manifestent notamment contre les prix élevés des carburants. Le mouvement est né en France où il est devenu très vaste.
Le B.U.B. comprend l’action de ces Belges mécontents. Les prix du diesel et de l’essence sont en effet très élevés. Plus que la moitié de ce prix est composée de droits d’accises et de TVA. Ce sont de sévères taxes indirectes de plus de 100%. La chaîne VTM expliquait à propos du prix du diesel (26.11.2018) :
“Sur un coût de 1,58 euro, à peine 0,52 euro concerne le produit même. 0,18 centimes sont relatifs à la distribution et le 0,01 euro restant des contributions. Il s’y ajoute 0,27 euro de TVA et 0,60 euro d’accises. Il y a trois ans, ce montant s’élevait encore à 0,43 euro.
Cela veut dire que plus de la moitié de ce que nous payons part au gouvernement. Cela fait de la Belgique le pays le plus cher de toute la zone euro pour le diesel. L’Italie se trouve à la deuxième place, suivie par la Finlande. La France, où les manifestations ont commencé, ne se place que quatrième“.
Certes, le diesel est mauvais pour l’environnement, mais le super n’est pas bon marché non plus.
Les Belges ont plus raison de se plaindre que les Français. L’IPP est de 41% dans notre pays et de 29% en France. La TVA y est également légèrement inférieure: 20% au lieu de 21% en Belgique. Beaucoup de Belges parcourent de nombreux kilomètres pour acheter des produits de base en France, tels que l’essence, l’eau, la nourriture, les vêtements, les matériaux de construction, etc. parce qu’il y coûtent moins chers.
Aussi les prix de l’électricité en Belgique figurent parmi les plus élevés d’Europe. Idem pour les prix des télécoms.
Nulle part au monde, on paye autant d’impôts qu’en Belgique ! Et presque nulle part ailleurs, la dette publique est aussi élevée.
Il n’empêche que l’État et ses nombreux échelons superflus offrent des services très médiocres. Les citoyens devraient pourtant pouvoir s’attendre à un excellent service en contrepartie de toutes ces taxes élevées. Il n’en est rien.
Nous avons donc affaire à un énorme gaspillage constant de deniers publics.
La conséquence de toutes ces taxes est que l‘autorité publique dispose de suffisamment de moyens, mais que ces derniers n’arrivent pas où ils devraient arriver. En outre, à cause de la loi spéciale de financement, l’État national est sous-financé avec les conséquences que l’on connaît (manque de moyens de la justice et de l’armée, musées et monuments à l’abandon, des trains obsolètes,…).
Le reste du budget est divisé par trois, quatre, cinq, six et éparpillé sur les nombreux niveaux de pouvoir que compte la Belgique.
Les manifestations des gilets jaunes concernent donc bien plus que l’essence. Il s’agit du coût croissant de divers produits et services. Et également de la participation citoyenne, de la démocratie, du nombre excessif de politiciens, de trop de parlements et de gouvernements, de la rémunération excessive des politiciens, des scandales politiques, de la corruption, des infrastructures routières inadéquates, de la politique énergétique défaillante, des embouteillages interminables, de l’emploi précaire et mal rémunéré, etc.
Tout cela est aussi inextricablement lié au fédéralisme linguistique dont les Belges souffrent depuis déjà près de cinquante ans, non seulement sur le plan financier, mais aussi en termes d’instabilité politique, d’inefficacité, de complexité de l’appareil étatique et de manque de démocratie.
La plus grande gabegie se situe en effet au niveau de “notre” structure étatique.
Celui qui trouve le coût du fédéralisme linguistique (inconstitutionnel) trop élevé, doit, tout comme le B.U.B., militer pour une nouvelle Belgique unitaire avec un gouvernement, un parlement et neuf provinces.
‘GEELVESTEN’: DE ECHTE OORZAAK VAN HET PROBLEEM MOET AANGEPAKT WORDEN
Sedert enkele weken betogen er in België groepen mensen in gele vestjes of geelvesten (‘hesjes’ zeggen de particratische en flamingantische media terwijl het ook in het Duits “Gelbwesten” en in het Engels “yellow vests” is) tegen ondermeer de hoge brandstofprijzen. De beweging vindt haar oorsprong in Frankrijk, waar ze zeer omvangrijk geworden is.
De B.U.B. begrijpt de actie van deze misnoegde Belgen. De diesel- en benzineprijzen zijn inderdaad zeer hoog. Meer dan de helft van de kostprijs is het gevolg van accijnzen en BTW. Dit zijn zware indirecte belastingen van meer dan 100%. Zo staat er in een tekst op de website van VTM (26.11.2018) inzake de dieselprijs:
“Op een bedrag van 1,58 euro gaat amper 0,52 euro naar het product zelf. 0,18 cent gaat naar de distributie en de overige 0,01 euro gaat naar allerlei bijdragen. Verder komt er nog 0,27 euro btw bij en 0,60 euro aan accijnzen. Drie jaar geleden was dat nog maar 0,43 euro.
Dat betekent dat meer dan de helft van wat we betalen naar de overheid gaat. Dat maakt van België het allerduurste dieselland van de hele eurozone. Op de tweede plaats staat Italië, Finland is derde. Frankrijk, waar de protesten begonnen zijn, staat vierde.”
Diesel is inderdaad niet goed voor het milieu, maar super wordt ook niet goedkoper.
De Belgen hebben meer reden tot klagen dan de Fransen. De personenbelasting bedraagt in ons land 41 procent en in Frankrijk 29 procent. De BTW is er ook iets lager: 20% i.p.v. 21% in België. Vele Belgen rijden vele kilometers om basisproducten in Frankrijk te kopen, waar ze goedkoper zijn, zoals benzine, water, voeding, kleding, bouwmateriaal enz..
Ook de elektriciteitsprijzen zijn bij de hoogste in Europa. Idem voor de telecomprijzen.
Nergens ter wereld betaalt men zoveel belastingen als in België ! En bijna nergens elders ligt de staatsschuld zo hoog.
Daartegenover staat echter een ondermaatse dienstverlening van de staat en van de vele overbodige geledingen waaruit die bestaat. De burger zou in ruil voor al die torenhoge belastingen nochtans een uitstekende dienstverlening mogen verwachten. Niets van.
We hebben dus te maken met enorme regelmatige geldverspilling.
Het gevolg van al die belastingen is dat de overheid wel voldoende geld heeft, maar dat dat geld niet terechtkomt waar het moet terecht komen. Door de financieringswet wordt de nationale staat bovendien ondergefinancierd, met de gekende gevolgen (gebrek aan middelen van justitie en leger, verwaarloosde musea en monumenten, ouderwetse treinen,…).
De rest van het budget wordt door drie, vier, vijf, zes gedeeld en versnipperd over de vele bevoegdheidsniveaus die België ‘rijk’ is.
Het protest van de gele vestjes gaat dus om veel meer dan benzine. Het gaat om de stijgende kost van verschillende producten en diensten. En het gaat ook over inspraak, democratie, overmaat aan politici, teveel parlementen en regeringen, overmatige verloning van politici, politieke schandalen, corruptie, slechte wegeninfrastructuur, gebrekkige energiepolitiek, te lange files, te weinig stabiel en goed betaald werk, enz.
Dit alles hangt ook onlosmakelijk samen met het taalfederalisme waaronder de Belgen nu reeds bijna vijftig jaar lijden, niet alleen op financieel vlak, maar ook op vlak van politieke instabiliteit, inefficiëntie en ingewikkeldheid van het overheidsapparaat, gebrek aan democratie.
De grootste verspilling is inderdaad ‘onze’ staatsstructuur.
Wie de kost van het (ongrondwettelijke) taalfederalisme te hoog vindt, moet net zoals de B.U.B. ijveren voor een nieuw unitair België met één regering, één parlement en negen provincies.
