DE N-VA BEWIJST DAT EEN UNITAIR BELGIE MOGELIJK IS
In een erg interessant opiniestuk dat op 12 juli 2015 in La Libre Belgique verscheen, analyseerde de politicoloog Dave Sinardet van de universiteit van Antwerpen de huidige situatie van de “Vlaams”-nationalisten. Volgens de le B.U.B., bewijst de N-VA dat een unitair België mogelijk is.
1) Omdat de N-VA deelneemt aan de Belgische macht en zich derhalve identificeert met het staatsapparaat van het Koninkrijk, stellen velen zich de vraag wat de N-VA precies aan het doen is – een vraag die “ook binnen de schoot van de N-VA gesteld wordt“. Als een ultra-flamingantische partij Belgie kan besturen waar het de federale bevoegdheden betreft, kan ze dat met àlle bevoegdheden doen.
2) In de geschiedenis van de “Vlaamse” beweging, bestaan er antecedenten . Zo brengt de aanpak van de N-VA “Frans Van Cauwelaert in herinnering. Deze voorman van het flamingantisch katholicisme van de vorige eeuw meende dat de “Vlamingen” niet naar autonomie moesten streven (toen via het federalisme) maar hun doel beter zouden bereiken door hun demografische meerderheid binnen de (toen unitaire) Belgische staat te benutten“. Van Cauwelaert verdedigde steeds het unitarisme, i.t.t. de separatistische roeping van de N-VA. De flamingant Lode Claes verdedigde dezelfde stelling als Van Cauwelaert: deze oud-Senator verliet de Volksunie ten tijde van het Egmontpact (1977) om zijn eigen partij in het leven te roepen die een alliantie met het Vlaams Blok van Karel Dillen afsloot, hoewel Lode Claes “in die tijd, niets van een separatist had . Ook hij wou de Vlaamse meerderheid laten gelden, opdat ze in Belgie de macht verkrijgte“.
3) Het “kan lijken alsof we terugkeren naar de Vlaamse meerderheidsdoctrine volgens dewelke “Vlaanderen” en Belgie geen reden meer hebben om tegengestelde noties te zijn » (m.a.w., hetgeen voor 1914 de houding van de Vlaamse beweging was, nota van de B.U.B., nota van de B.U.B.). « Zou Bart De Wever zonder er zich bewust van te zijn, deze stervende stroming, die eertijds al erg marginaal was binnen de Vlaamse beweging nieuw leven ingeblazen hebben?”
4) Het quasi-geheel van wat no overblijft van de “Vlaamse” beweging, bevindt zich binnen de N-VA, waardoor de partij de huidige flamingantische beweging symboliseert.
5) Waarom moet de N-VA, die “naar believen benadrukt heeft dat die autonomie slechts een middel was om te doen wat ze vandaag binnen een Belgisch kader voltrekt, m.n. een meer rechtse politiek voeren zonder de Franstalige socialisten (…) in lijn met de onderstroom in “Vlaanderen” nog meer autonomie vragen? “Hetgeen een vraag oproept die Lode Claes reeds formuleerde : waarom zou een “Vlaamse” meererheid een nieuwe staatshervorming – confederaal of niet- vragen om opnieuw in een onderhandeling te vevallen waarin ze geminoriseerd zou weren? Alleen om hetzelfde obectief, het voeren van een “rechtse” en “Vlaalse doel proberen te bereiken ?”
6) Lode Claes (en Bart De Wever) dacht (denkt) dat indien de zogenaamde “Vlamingen” hun meerderheidspositie opnamen en de staat ondersteunden, de Franstaligen zelf uiteindelijk om autonomie zouden vragen. Welnu, in de huidige politieke context lijkt dit idee niet meer geloofwaardig. Indien men blijft defederaliseren (ter herinnering: er werd reeds 15% van de sociale zekerheid gecommunautariseerd, nota van de B.U.B.) raakt men snel aan het hart van de sociale zekerheid hetgeen ’reeds ideologisch moeilijk ligt bij de PS en alleszins nadelig voor de Franstaligen zou zijn “.
7) Indien we het eerste jaar van de regering Michel onderzoeken, zien we de mythische “Vlaamse” meerderheid “elke dag verder afglijden in ideologische en strategische tegenstellingen zonder einde. Soms heeft men de indruk dat ze enkel nog aan elkaar hangt door de bemiddeling van een … Franstalige premier. De premissen van een “Vlaamse” consensus – en de meerderheidsdoctrine is aanders niet houdbaar – schijnen meer en meer een luchtspiegeling te zijn. Dat is een vaststelling die de ook de onverzettelijke flaminganten moet verontrusten “.
De B.U.B. voegt daar aan toe dat ook de “Vlaamse” regering opgeschud wordt door haar interne tegenstellingen die het bestaan van het « typisch Vlaamse » goed bestuur ernstig in vraag stellen. Het begrotingstekort van de « Vlaamse » regering toont eveneens aan dat wat de flaminganten zelf doen, ze niet beter doen dan de Belgen.
Men kan geen staatsapparaat bouwen op een onbestaande natie. Zowel de « Vlaamse » als de « Waalse » instellingen zijn overbodig en dienen te verdwijnen. De dag dat dat gebeurt, zal een gelukkige dag zijn voor België en de Belgische belastingsbetaler.
LA N-VA PROUVE QU’UNE BELGIQUE UNITAIRE EST POSSIBLE
Dans une tribune libre fort intéressante parue dans La Libre Belgique le 12 juillet 2015, le politologue Dave Sinardet de l’université d’Anvers a analysé la position actuelle des nationalistes “flamands”. Selon le B.U.B., la N-VA prouve qu’une Belgique unitaire est possible.
1) Vu que la N-VA participe au pouvoir belge, et s’identifie par conséquent à l’appareil étatique du Royaume, beaucoup se posent la question de savoir ce que le parti est exactement en train de faire, “y compris au sein de la N-VA elle-même“. Si un parti ultra-flamingant sait gérer la Belgique au niveau des compétences fédérales, il sait le faire pour toutes les compétences.
2) Dans l’histoire du mouvement “flamand”, il y a eu des antécédents. Ainsi, la démarche de la N-VA “rappelle Frans Van Cauwelaert. Cette figure de proue du catholicisme flamingant du siècle dernier estimait que les “Flamands” ne devaient pas tendre vers l’autonomie (à l’époque, via le fédéralisme) mais arriveraient bien mieux à leurs fins en utilisant leur majorité démographique au sein de l’Etat belge (alors unitaire)“. Van Cauwelaert a toujours défendu l’unitarisme contrairement à la vocation séparatiste de la N-VA. Le flamingant Lode Claes défendait la même thèse que Van Cauwelaert: cet ancien sénateur avait quitté la Volksunie à l’époque du Pacte d’Egmont (1977) pour créer son propre parti qui a fait une alliance avec Karel Dillen au sein du Vlaams Blok, bien que Lode Claes n’ait eu “à l’époque, rien d’un séparatiste. Lui aussi voulait “valoriser” la majorité flamande pour qu’elle s’arroge le pouvoir au sein de la Belgique“.
3) Il “peut sembler que nous assistions à un retour de la doctrine flamande de la majorité pour laquelle “Flandre” et Belgique n’ont plus besoin d’être des notions antinomiques. » (donc, ce qui était l’attitude du mouvement “flamand” avant 1914, note le B.U.B.). « Bart De Wever aurait-il, à l’insu de son plein gré, redonné vie à ce courant moribond et jadis déjà marginal du mouvement flamand ?”
4) La quasi-totalité des vestiges du mouvement “flamand” se trouvent au sein de la N-VA, ce qui fait que ce parti est le symbole du mouvement flamingant actuel.
5) Pourquoi la N-VA, qui a “martelé à l’envi que cette autonomie n’était qu’un moyen pour accomplir ce qu’elle fait aujourd’hui dans le cadre de la Belgique, à savoir mener une politique plus à droite, sans les socialistes francophones (…), en ligne avec le mouvement de fond en “Flandre” ?” doit-elle encore demander davantage d’autonomie? “Ce qui soulève une question que Claes avait lui même déjà formulée : pourquoi une majorité “flamande” devrait-elle demander une nouvelle réforme de l’Etat – confédérale ou non – pour à nouveau tomber dans une négociation où elle serait mise en minorité. Juste pour essayer d’atteindre finalement le même objectif de faire une politique “flamande” de droite ?”
6) Lode Claes (et Bart De Wever) pensait (pense) que si les soi-disant “Flamands” assumaient leur position majoritaire et soutenaient l’Etat, ce seraient les francophones eux-mêmes qui finiraient par demander l’autonomie. Or, cette idée ne paraît plus crédible dans le contexte politique actuel. Si l’on continue de défédéraliser (pour rappel: environ 15% de la sécurité sociale a déjà été communautarisé, note le B.U.B.), on sera vite au cœur de la sécurité sociale “et si ce n’est déjà pas idéologiquement difficile pour le PS, ce serait en tout cas financièrement très défavorable aux francophones“.
7) Si l’on examine la première année du gouvernement Michel on voit la mythique majorité “flamande” “sombrer chaque jour davantage dans des combats idéologiques et stratégiques sans fin. Parfois, on a l’impression qu’elle ne tient plus ensemble que grâce à l’entremise d’un Premier ministre… francophone. Les prémisses d’un consensus “flamand”, sans lequel la doctrine de la majorité ne peut tenir la route, semblent de plus en plus n’être qu’une chimère. Un constat qui doit également préoccuper les nationalistes flamands purs et durs“.
Le B.U.B. y ajoute qu’aussi le gouvernement « flamand » est secoué par des dissensions internes qui jettent un sérieux doute sur l’existence d’une bonne gestion « typiquement flamande ». Le déficit budgétaire du gouvernement « flamand » démontre aussi que ce que les flamingants font eux-mêmes, ils ne le font pas mieux que les Belges.
On ne peut construire un appareil étatique sur une nation inexistante. Tant les institutions « flamandes » que « wallonnes » sont superflues et appelées à disparaître. Le jour où cela arrive sera un jour heureux pour la Belgique et le contribuable belge.
