BOUCHEZ ZEGT GEWOON WAT DE MEERDERHEID VAN DE BELGEN DENKT – BOUCHEZ DIT TOUT SIMPLEMENT CE QUE LA MAJORITÉ DES BELGES PENSENT

Foto – Photo: Affiches de Bouchez et du B.U.B. lors de la campagne électorale de 2014 dans le Hainaut – Affiches van Bouchez en de B.U.B. tijdens de verkiezingscampagne in Henegouwen van 2014 (bron – source: Romuald Joly – B.U.B.)

UNITARISME IS GROOTSTE TABOE VAN DE BELGISCHE POLITIEK

Georges Louis Bouchez, de jonge voorzitter van de Franstalige liberalen van de MR, verklaarde tijdens een interview met het magazine Wilfried (23.01.20) voorstander van een unitair België te zijn. Nooit eerder sedert het begin van het federaliseringsproces in België sprak een partijvoorzitter van de particratie zich zo sterk tegen het taalfederalisme uit. De koninklijke informateur heeft tegelijk alleen maar de mening van de meeste Belgen uitgedrukt. Die mening wordt door de B.U.B. al sinds het jaar 2000 verdedigd: de terugkeer naar het unitaire België. Het is niet alleen een mooi, maar ook een  noodzakelijk project.

1. Doorbreking van een taboe

“Ik ben uitermate gehecht aan mijn land’’, verklaarde de liberaal. ‘’Sterker nog: volgens mij moet alles geherfederaliseerd worden. Ik ben voorstander van een unitaire staat (…) Ik voel me in hart en ziel Belg’’.  Duidelijke en verfrissende taal! Vervolgens veroordeelde hij in niet mis te verstane bewoordingen de “staatshervormingen’’: “Mocht men ooit overgaan tot een evaluatie van de zes staatshervormingen, kan ik u het besluit al geven. Het besluit is dat we alles opnieuw naar het nationale niveau moeten brengen. Mocht het van mij afhangen – maar ik ben natuurlijk niet alleen – wordt alles wederom op het centrale niveau geplaatst”. Volgens de informateur hebben de staatshervormingen geen enkele verbetering aangebracht: “men moet deze waanzin stoppen”.

Zo heeft Bouchez in de voetsporen van de B.U.B. na 50 jaar het grootste taboe van de Belgische politiek doorbroken.

Nog verwonderlijker: Bouchez heeft ook gepleit voor een unitarisering van het onderwijs: ‘’… want hoe meer men het onderwijs opsplitst en hetzelfde doet met de cultuur van mensen, hoe meer men hen ook opdeelt… men begrijpt de andere niet meer op dezelfde manier daar men niet meer dezelfde gedragsregels hanteert’’. En daar voegde hij aan toe: ‘”Ik ben overigens voor een veralgemeende tweetaligheid op het nationale niveau”.

2. De “argumenten” van de tegenstanders: separatisme en postjes redden

Hoewel de liberaal zijn uitspraken wat nuanceerde door hen te omschrijven als een “persoonlijk ideaal”,  veroorzaakte hij heel wat deining bij de flamingantische en wallingantische separatisten en particraten. Dat is ook logisch: separatisten zijn tegen België en particraten vrezen voor het verlies van heel wat mandaten  in de overbodige gewesten en de gemeenschappen.

Blijkbaar mogen separatisten dagelijks België aanvallen. Wanneer een politicus echter zijn unitaristische overtuiging deelt moet hij, volgens de heer Bracke (N-VA) : « zijn mond houden » (sic)…

3. De unitaristische reflex bij de jonge liberalen

Opmerkelijk waren ook de uitermate positieve reacties van de voorzitter van de Jeunes MR, Steve Detry, en van de voorzitster van Jong VLD, Tess Minnens. In een interview met Le Soir (23.01.20) waren beiden het roerend eens: het unitarisme is een droom en een ideaal dat ze delen.  Steve Detry (Jeunes MR) verklaarde : “Dit toont aan dat de mentaliteit in België aan het veranderen is. Men voelt dat het begint en niet alleen bij de liberalen. Het is zeer sterk voelbaar bij de jonge generatie”.

Tess Minnens (Jong VLD), stelde dat in België “…alles versnipperd is en bemoeilijkt wordt. In die context, kan men kiezen tussen Vlaanderen – zoals het Vlaams Belang en de N-VA. Of men  richt zich op België, dat een eenvoudigere staatsstructuur krijgt. (…) Denk niet dat wij (de Nederlandstaligen, B.U.B.) allemaal flaminganten zijn die een nog meer versnipperde staat wensen (…) Ik denk dat het belangrijk is om dat (een unitair België, B.U.B.) op tafel te leggen”.

In feite maken we in de Belgische politiek het omgekeerde mee van wat de Belgen in de jaren 1960 meemaakten: de geleidelijke invraagstelling van een institutioneel systeem, met die nuance dat het nu om een correctie van een historische vergissing gaat, nl. het taalfederalisme.

4. De gegrondheid van het unitarisme

Het is weinig verwonderlijk dat de unitaristische ideologie in opmars is. Men weet immers dat de onafhankelijkheid van een Belgische regio leidt tot de uitsluiting van die regio uit de EU. Dat is onverkoopbaar bij de kiezer. Tegelijkertijd is het duidelijk dat het huidige systeem niet werkt. Bovendien is er volgens recente peilingen een meerderheid van de Belgen voorstander van een terugkeer naar het unitaire België (30% in het noorden van het land en minstens 60% in het zuiden en Brussel (zie peilingen). Zeker bij de jongeren leeft dit gevoelen enorm sterk, in die mate dat we zelfs van een unitaristische golf kunnen spreken.

Het is dus helemaal niet zo (zoals het Belang van Limburg het nog zei in zijn editie van 24 januari 2020 onder de titel “Sire, er zijn geen unitaristen meer” (p. 8) na een interview met het federalistische BPlus) dat het unitarisme uitgestorven zou zijn. Wel integendeel ! Een internetpeiling van de krant La Meuse – La Province van 25 januari 2020 wees zelfs uit dat er 90% (!) unitaristen zouden zijn. Wat er ook van zij, het is zeker nodig de terugkeer naar een unitair België als een valabele optie voor te stellen en wat dat betreft een raadgevend referendum met verschillende opties en rondes te organiseren.

Het is overigens een leugen te stellen dat een taalverschil een ander recht of autonomie rechtvaardigt. Dat is een sprookje van separatisten, dat enkel hun egoïstische en nationalistische belangen dient. Mocht dit het geval zijn, zou de EU geen zin hebben aangezien er 24 verschillende talen gesproken worden. Bovendien telt de EU 350 regio’s. Moeten die ook allemaal onafhankelijk worden? Dat is gewoon niet werkbaar.

Bovendien bewijzen het unitaristische verleden van België, het meertalige en unitaristische Brussel, de meertalige Europese Unie (die deels unitaristisch is) alsook de Belgische bevoegdheden die op federaal en dus meertalig niveau uitgeoefend worden, dat een unitair België perfect mogelijk is. De enige voorwaarde is een minimum aan twee- of zelfs drietalige ambtenaren. Die hebben we al, maar het meertalig onderwijs moet versterkt worden om er nog meer te creëren.

Conclusie

De B.U.B. is verheugd over de vooruitgang van  haar ideeën. Amper twee decennia geleden sprak niemand over unitarisme. Men lachte ermee. Maar die periode behoort duidelijk tot het verleden. Onze voorzitter, Hans Van de Cauter, gaf op 23 januari 2020 op Radio 2 een interview over het unitarisme. Een taboe wordt stilaan doorbroken, net zoals het taboe van separatisme ook al lang verbroken is. Voor de rest stelt de B.U.B. voor dat de partijen die vandaag nog het taalfederalisme verdedigen, het ook zelf mee bekostigen.

Een mooie karikatuur over de strijd tussen Bouchez en de taalnationalisten – une belle caricature de la lutte entre Bouchez et les nationalistes linguistiques (bron-source: “Dubus”, La Libre Belgique, 25 januari – janvier 2020)

L‘UNITARISME EST LE PLUS GRAND TABOU DE LA POLITIQUE BELGE

Georges Louis Bouchez, le jeune président des libéraux francophones (MR), a déclaré lors d’un entretien historique accordé au magazine Wilfried (23.01.20) être en faveur d’une Belgique unitaire. Jamais depuis le début du processus de fédéralisation en Belgique, un président d’un parti de la particratie s’est opposé de manière si claire au fédéralisme linguistique. En même temps, l’informateur royal n’a fait qu’exprimer l’opinion de la plupart des Belges, défendue déjà depuis l’an 2000 par le B.U.B.: le retour à la Belgique unitaire. Il s’agit d’un projet à la fois beau et nécessaire.

1. Briser un tabou

“Je suis extrêmement attaché à mon pays’’, a déclaré le libéral. ‘’Je vais même vous dire: je pense qu’il faudrait tout remettre au niveau fédéral. Moi, je suis pour un Etat unitaire (…) Je suis profondément Belge’’.  Voilà ce qui est clair et rafraichissant ! M. Bouchez a également condamné sans ambiguïté les „réformes’’ de l’Etat:  “Si jamais on devait procéder à une évaluation des six réformes de l’Etat, je peux déjà vous donner la conclusion. La conclusion, c’est qu’on doit tout remettre au niveau national. Si ça ne tenait qu’à moi – mais je ne suis pas tout seul – on remet tout au niveau central’’,  selon l’informateur royal. Il a ajouté que les réformes de l’Etat n’ont apporté aucune amélioration: ‘’Il faut arrêter cette folie’’.

Ainsi, Bouchez a, dans les traces du B.U.B., brisé le plus grand tabou de la politique belge vieux de 50 ans.

De façon encore plus remarquable, Bouchez a aussi plaidé en faveur de l’unitarisation de l’Enseignement ‘’… car plus on divise l’éducation et la culture des gens, plus on les divise … on ne comprend plus le monde de la même manière car on a plus les mêmes codes’’. Et il y ajouta: ‘’Je suis d’ailleurs pour un bilinguisme généralisé au niveau du Pays’’.

2. Les “arguments” des adversaires: le séparatisme et sauver les mandats

 Bien que le libéral ait nuancé ses propos, les qualifiant d’ « idéal personnel », il a provoqué de l’indignation chez les séparatistes et particrates flamingants et wallingants.  C’est aussi logique : les séparatistes sont contre la Belgique et les particrates craignent la perte d’un tas de mandats dans les inutiles régions et communautés.

Aparamment, les séparatistes peuvent attaquer chaque jour le pays. Mais lorsqu’un politicien exprime une conviction unitariste, il doit selon de M. Bracke (N-VA) « fermer sa gueule » (sic)…

3. Le réflexe unitariste des jeunes libéraux

Notons également les réactions particulièrement positives du président des Jeunes MR, Steve Detry, et de la présidente du Jong VLD, Tess Minnens. Dans un entretien accordé au Soir (23.01.20), les deux jeunes sont d’accord: l’unitarisme est “un rêve, un idéal’’ qu’ils partagent. Steve Detry (Jeunes MR) déclara : ‘’Cela démontre qu’il y a un changement de mentalités. On sent que ça commence. Et pas qu’auprès des libéraux. Dans la jeune génération on le sent très fort’’.

Tess Minnens (Jong VLD), quant à elle, affirmait qu’en Belgique ‘’…tout est fragmenté, tout est difficile. Dans ce contexte, on peut soit choisir la ‘Flandre’, comme la N-VA et le ‘Vlaams’ Belang. Ou alors on vise une Belgique avec une structure de l’Etat plus simple (…) Ce n’est pas que nous (les néerlandophones, B.U.B.) serions tous des flamingants, que nous voudrions un Etat encore plus fragmenté. (…) Je pense que c’est important de mettre cela (une Belgique unitaire, B.U.B.) sur la table…’’.

En réalité, nous vivons dans la politique belge l’inverse de ce que les Belges ont vécu dans les années 1960 : la mis en question progressive du système institutionnel, avec cette nuance qu’il s’agit maintenant d’une correction d’une erreur historique, c’est-à-dire le fédéralisme linguistique.

4. Le bien-fondé de l’unitarisme

Que l’idéologie unitariste monte en flèche ne peut nous étonner. On sait en effet que l’indépendance d’une région belge mènerait à la sortie de l’UE de cette région. C’est invendable auprès des électeurs. En même temps, on voit que le système actuel ne fonctionne pas. De plus, il y a déjà selon les récents sondages une majorité de Belges (30% au nord du pays et au moins 60% dans le sud et à Bruxelles) qui est pour le retour à l’Etat unitaire (sondages). Surtout chez les jeunes, ce sentiment vit très fort. On peut même parler d’une nouvelle vague unitariste.

Il est donc totalement faux de prétendre (comme le faisait encore le journal Het Belang van Limburg dans son édition du 24 janvier 2020 sous le titre “Sire, er zijn geen unitaristen meer” [« Sire, il n’y a plus d’unitaristes »] (p. 8) après avoir interviewé les fédéralistes de Bplus) que l’unitarisme serait menacé d’extinction. Bien au contraire ! Un sondage internet du journal L Meuse – La Province du 25 janvier 2020 indiquait même qu’il y aurait 90% (!) d’unitaristes. Quoi qu’il en soit, il est plus que nécessaire de présenter le retour à la Belgique unitaire comme une option valable et d’organiser à ce sujet un référendum consultatif à plusieurs tours et à plusieurs options.

Il est en outre un leurre de prétendre qu’une différence de langue justifie un autre droit, donc une autonomie. Il s’agit d’un conte répandu par les séparatistes pour servir leurs intérêts égoïstes et nationalistes. Si c’était le cas, l’Union européenne n’aurait pas de sens puisqu’on y parle 24 langues différentes. Il y a en outre 350 régions au sein de l’UE. Doivent-elles toutes devenir indépendantes ? Ce serait totalement ingérable.

En outre, le passé unitariste de la Belgique, le Bruxelles bilingue et unitariste, l’Union européenne multilingue (et partiellement unitaire) ainsi que les compétences belges qui sont exercées au niveau fédéral et donc multilingue prouvent qu’une Belgique unitaire est parfaitement possible. La seule condition est d’avoir un minimum de dirigeants et de fonctionnaires bilingues, voire trilingues. Nous les avons déjà, mais l’enseignement multilingue doit être renforcé pour en créer encore davantage.

Conclusion

Le B.U.B. est heureux de constater que ses idées progressent. Il y a deux décennies, personne ne parlait de l’unitarisme. On s’en moquait. Décidemment, les temps ont changé. Le 23 janvier 2020, notre président, Hans Van de Cauter, a accordé un entretien à Radio 2 au sujet de l’unitarisme. Un tabou se brise progressivement, tout comme le tabou du séparatisme est déjà brisé depuis longtemps. Pour le reste, le B.U.B. propose que les partis qui défendent encore aujourd’hui le fédéralisme linguistique le cofinancent.