CHAOTISCHE SNELHEIDSBEPERKINGEN OP BELGISCHE WEGEN
Door de zesde “staatshervorming” zijn bepaalde delen van het verkeersreglement geregionaliseerd. De “Vlaamse” overheid heeft daar nu gebruik van gemaakt om de snelheid op de zogezegd “Vlaamse” gewestwegen (nationale wegen) te verlagen van 90 km/u naar 70 km/u. In de praktijk zal enkel de onduidelijkheid toenemen.
a) Hoe is de situatie vandaag?
Krachtens artikel 10 van het Koninklijk Besluit van 1 december 1975 dat het wegverkeer regelt, bestaan er algemene regels i.v.m. de snelheid op de openbare weg (snelheid aangepast aan weersomstandigheden, de veiligheidsafstanden, ontwijken van hindernissen e.d.m).
Krachtens artikel 11 van hetzelfde K.B., geldt er voor heel België een snelheidsbeperking van 50 km per uur in de bebouwde kom, van 90 km per uur op andere openbare wegen en van 120 km per uur op autosnelwegen en autowegen buiten de bebouwde kom. Op vele plaatsen in België wordt de snelheid op de nationale wegen (de zogenaamde N-wegen) van 90 km per uur door een verkeersbord tot 70 km per uur begrensd. In het “Vlaams gewest” zou deze beperking nu de regel worden.
b) Hoe wordt de situatie na een implementering van de maatregel van de “Vlaamse” regering?
1. In het zogenaamd “Waals” en Brussels gewest blijft de bovenstaande snelheidsbeperking van 90 km per uur bestaan. De “federale” overheid is immers nog slechts gedeeltelijk bevoegd voor de snelheidsbeperkingen, maar indien de gewesten binnen hun bevoegdheden terzake niets doen, blijft de situatie voorlopig ongewijzigd.
2. In het zogenaamde “Vlaams” gewest blijft de snelheidsbeperking in de bebouwde kom 50 km per uur zoals in de rest van België, hoewel de regeling van de snelheidsbeperkingen daar niet meer onder de federale overheid valt. Op de andere openbare wegen wordt de snelheid, zoals gezegd, in principe 70 km/uur. In principe, want er zijn uitzonderingen:
– openbare wegen waar het “Vlaams” gewest door de “federale overheid bepaalde” (Senaat, 5/2232-1) verkeersborden plaatst. De verkeersborden worden nog steeds door de Koning (lees de “federale” regering) bepaald;
– autosnelwegen, omdat de snelheidsbeperkingen daar niet geregionaliseerd zijn;
– bromfietsen (waarvan de snelheidsregeling wel geregionaliseerd is, maar voorlopig niet gewijzigd wordt);
– autobussen- en cars en de andere voertuigen en slepen met luchtbanden en met een maximale toegelaten massa van meer dan 7,5 ton, die op autosnelwegen (nationaal verkeersreglement) 120 km/uur mogen rijden, maar waarvoor vermoedelijk de vastgelegde snelheid en de huidige uitzonderingen daarop blijven bestaan.
De algemene gedragslijnen i.v.m. de snelheid op de weg blijven in heel België echter dezelfde.
De redenering achter de wijziging van de “Vlaamse” overheid is dat de algemene snelheidsbeperking van 90 km per uur op de Noord-Belgische wegen buiten de bebouwde kom meer uitzondering dan regel is geworden zodat de regel nu omgedraaid wordt: 70 km per uur wordt de regel en 90 km per uur de uitzondering. In het zuiden van België, waar veel minder lintbebouwing is, is de situatie net omgekeerd, zegt men, hoewel ook dat in redelijk dichtgebouwde provincies als “Waals”-Brabant, Luik en Henegouwen dikwijls niet klopt.
Het zou nochtans zoveel simpeler zijn geweest als de verkeersreglementering nationaal was gebleven en men voor heel België op de openbare wegen buiten de openbare kom een snelheidsbeperking van 80 km per uur had ingevoerd.
Alsof de wegcode nog niet complex genoeg was, wordt er nu ook een regionalistische dimensie aan toegevoegd, die de verkeersreglementering alleen maar ingewikkelder en onoverzichtelijker maakt en derhalve de verkeersveiligheid niet ten goede zal komen. Zowel voor de ordehandhaving als voor de vele “overheden” worden er bovendien nieuwe problemen in het leven geroepen aangezien er samenwerkingsakkoorden m.b.t. de openbare wegen die meerdere gewesten beslaan zullen moeten gesloten worden. Rond Brussel zal men weldra met vier verschillende snelheidsbeperkingen (één federale en drie gewestelijke) moeten rekening houden. Maar zo is taalnationalisme: irrationeel en zelfs gevaarlijk.
LIMITATIONS DE VITESSE CHAOTIQUES SUR LES ROUTES BELGES
A cause de la sixième “réforme” de l’Etat, certaines parties du code de la route ont été régionalisées. Le gouvernement “flamand” a utilisé ses nouvelles compétences afin de diminuer la vitesse sur les soi-disant routes régionales (routes nationales) de 90 km/h à 70 km/h. Dans la pratique, le manque de clarté ne fera qu’augmenter.
a) Quelle est la situation à l’heure actuelle?
En vertu de l’article 10 de l’Arrêté Royal du 1er décembre 1975 qui règle la circulation routière, il existe des règles générales concernant la vitesse sur la voie publique (vitesse adaptée aux conditions météorologiques, les distances de sécurité, l’évitement des obstacles etc.).
En vertu de l’article 11 du même A.R., la vitesse est limitée à 50 km à l’heure dans les agglomérations, à 90 km à l’heure sur les autres voies publiques et à 120 km à l’heure sur les autoroutes ainsi que sur des voies publiques en dehors des agglomérations. A beaucoup d’endroits en Belgique, la vitesse maximale sur les routes nationales (les routes N) de 90 km par heure est limitée à 70 km par heure par un panneau. En “région flamande”, cette limitation deviendrait la norme.
b) Quelle sera la situation après la mise en oeuvre de cette mesure par le gouvernement “flamand”?
1. Dans les soi-disant régions “wallonne” et bruxelloise, la limite de vitesse de 90 km à l’heure continuera à exister. Le gouvernement “fédéral” n’est plus que partiellement compétent pour les limitations de vitesse, mais la situation restera inchangée tant que les régions ne font rien avec leurs compétences.
2. Dans la soi-disant région “flamande”, la limitation de vitesse reste 50 km à l’heure dans les agglomérations comme dans le reste de la Belgique, bien que ces limitations de vitesse ne relèvent plus de la compétence du gouvernement fédéral. Sur les autres voies publiques la vitesse deviendra, comme déjà dit, 70 km à l’heure. En principe car il existe des exceptions pour:
– les voies publiques où la région “flamande” place des signaux routiers qui sont “déterminés par le gouvernement fédéral” (Sénat, 5/2232-1). Les signaux routiers sont encore déterminés par le Roi (lisez : le gouvernement « fédéral »;
– les autoroutes, vu que les limitations de vitesse n’y sont pas régionalisées;
– les cyclomoteurs (dont la réglementation de vitesse est régionalisée, mais reste provisoirement la même);
– les autobus, les autocars et les autres véhicules et trains de véhicules à bandages pneumatiques dont la masse maximale autorisée est supérieure à 7,5 tonnes qui peuvent rouler 120 km à l’heure sur les autoroutes (code de la route national), mais pour lesquels les limitation de vitesse et les exceptions actuelles continueront probablement à exister.
Les règles de conduite générales concernant la vitesse sur la voie publique restent les mêmes dans toute la Belgique.
Le raisonnement derrière ce changement est que la limitation de vitesse générale de 90 km/h en dehors des agglomérations sur les routes de la Belgique du nord est devenu plus l’exception que la règle de sorte que la règle soit renversée: 70 km à l’heure devient la règle, 90 km à l’heure l’exception. Au Sud de la Belgique où il y a beaucoup moins d’urbanisation, la situation serait l’inverse, dit-on, même si la situation n’est souvent pas différente dans des provinces relativement fort urbanisées comme la Brabant « wallon », le Hainaut et Liège.
Il serait pourtant tellement plus simple si le code de la route était resté national et si l’on avait introduit une limite de vitesse de 80 km à l’heure dans toute la Belgique sur les voies publiques en dehors des agglomérations.
Comme si le code de la route n’était pas encore déjà assez complexe, on y introduit maintenant aussi une dimension régionaliste, qui ne fera que compliquer la règlementation routière et la rendra plus opaque, ce qui ne favorisera évidemment pas la sécurité routière. En outre, tant pour le maintien de l’ordre que pour les différents “gouvernements” de nouveaux problèmes seront créés vu qu’on devra conclure des accords de coopération en ce qui concerne les voies publiques qui s’étendent sur le territoire de plusieurs régions. Autour de Bruxelles, on devra bientôt tenir compte de quatre limitations de vitesse (une fédérale et trois régionales). Mais le fédéralisme linguistique est ainsi: irrationnel, voire dangereux.