ARRONDISSEMENT BHV: PROPOSITIONS DE L’INFORMATEUR REYNDERS LARGEMENT INSUFFISANTES – ARRONDISSEMENT BHV: VOORSTELLEN VAN INFORMATEUR REYNDERS RUIMSCHOOTS ONTOEREIKEND

ARRONDISSEMENT DE BHV: PROPOSITIONS DE L’INFORMATEUR REYNDERS LARGEMENT INSUFFISANTES

Le B.U.B. a pris connaissance à travers la presse écrite (Le Soir du 28.02.11) des propositions de l’informateur royal Didier Reynders en ce qui concerne le soi-disant problème de Bruxelles-Hal-Vilvorde (BHV). Reynders envisagerait de scinder l’arrondissement électoral de BHV, sauf en ce qui concerne les six communes à facilités où les électeurs pourraient choisir entre voter à Bruxelles ou en Brabant « flamand ». Cette proposition constitue un recul par rapport au presque-accord du 10/11 mai 2005. Selon cet accord les droits de vote et d’éligibilité étaient maintenus pour les Francophones des six communes à facilités et des 16 communes sans facilités.

De plus, Reynders entend autoriser l’apparentement entre Bruxelles et le Brabant « wallon » ou « flamand ». Ceci fait penser à la proposition que Dehaene aurait formulée en avril 2010. Elle obligerait les partis francophones et les partis néerlandophones à se présenter dans tout le Brabant. Ce qui nous dérange est pourtant le mot « ou ». L’apparentement doit être possible dans tout le Brabant et encore mieux serait la création d’une circonscription électorale brabançonne obligeant les partis politiques à former des partis bilingues. Cette circonscription devrait aller de pair avec une province-région du Brabant qui est indépendant la région « flamande » et « wallonne » (et de la communauté flamande et française). D’autres provinces devraient pouvoir suivre l’exemple du Brabant et se défaisant du joug flamingant et wallingant.

La création d’une “communauté métropolitaine” à et autour de Bruxelles – ayant des compétences socio-économiques, culturelles et d’enseignement (dans la proposition les autorités francophones auraient un droit d’intervention pour les écoles ou bibliothèques dans les communes à facilités) – nous semble trop complexe et trop coûteux parce qu’il s’agirait d’une nouvelle entité tandis qu’il est temps d’en supprimer, c’est-à-dire les communautés et régions.

Pour les élections européennes Reynders envisage de créer une circonscription fédérale. Bien que le B.U.B. ne soit pas opposé à une telle circonscription, on voit mal à quoi elle pourrait servir au niveau européen. C’est en revanche au niveau de la Chambre et du Sénat qu’il faudra créer une circonscription électorale belge afin de créer une dynamique centripède. Evidemment, une telle solution ne peut constituer une « monnaie d’échange » à une éventuelle scission de la circonscription électorale de BHV (comme le MR même l’a d’ailleurs précisé dans son programme electoral). On se demande aussi quelle serait la position de M. Reynders sur le Sénat. Il est inacceptable, comme il était proposé dans la note Vande Lanotte, d’abroger les élections directes pour cette assemblée. Dans ce cas-ci, elle n’aurait plus d’assise démocratique, ce qui est peut-être le but de certains afin de pouvoir l’abroger ensuite et ainsi affaiblir davantage le niveau fédéral.

Reynders voudrait également permettre aux Francophones de réclamer une seule fois leurs documents en français pour une durée de 4 ou 6 ans. Cet assouplissement de la “circulaire Peeters” va plus loin que dans les notes Vande Lanotte et De Wever. Le contentieux en périphérie bruxelloise serait pris en charge par une chambre bilingue du Conseil d’Etat et pour les bourgmestres dans la périphérie “un nouveau mode de nomination” serait adopté à partir de 2012.

Mais quid alors de la refédéralisation de la loi sur les communes et les provinces? Reynders ne prévoirait pas davantage de consulter les populations concernées de la périphérie, la ratification de la Convention-Cadre pour la protection des minorités, la suppression de la circulaire Peeters, des règles discriminatoires dans le “Wooncode” ou dans le décret “Wonen in Eigen Streek”. Bien entendu, on sait déjà que les propositions de Reynders ne seront jamais acceptés par les partis nordistes. Il y a une semaine Hendrik Bogaert du CD&V déclara encore dans Le Vif que la scission pure et dure de l’arrondissement électoral de Bruxelles-Hal-Vilvorde pour les élections fédérales et pour le parlement européen ainsi que la scission de l’arrondissement judiciaire de Bruxelles-Hal-Vilvorde n’étaient pas négociables.

Trois petites “concessions” seraient faites par les nationalists flamingants: 1) un « droit d’inscription » au profit des habitants des six communes à facilités, leur permettant de voter pour des listes francophones à Bruxelles ; 2) l’assouplissement de la circulaire Peeters restreignant l’application des facilités ; 3) une nouvelle procédure pour la nomination des bourgmestres de la périphérie. Bogaert estime quaucun compromis ne sera possible tant que les partis ne se seront pas mis d’accord sur ces “principes fondamentaux”. Pour l’aile radicale du MR – le FDF – en revanche, la solution proposée par Reynders ne va pas assez loin.

Le B.U.B. rappelle qu’il ne faut pas scinder BHV, ni selon l’arrêt de la Cour d’Arbitrage (aujourd’hui Cour constitutionelle), ni selon les parlementaires qui ont eux-mêmes « bétonné » la circonscription soi-disant “anticonstitutionnelle” en refusant le 6 juillet 2010 de censurer les élections dans cette circonscription. La seule vraie solution pour le problème institutionnel actuel est la suppression des régions et des communautés ainsi que leur remplacement par les 9 provinces historiques, ce qui implique la réunification de la province du Brabant, thèse d’ailleurs soutenue par de plus en plus de personnalités, dont le professeur Reyntjens de l’université d’Anvers.

(lire aussi notre article détaillé sur BHV)

 

ARRONDISSEMENT BHV: VOORSTELLEN VAN INFORMATEUR REYNDERS RUIMSCHOOTS ONTOEREIKEND

Via de geschreven pers (Le Soir van 28.02.11) heeft de B.U.B. kennis kunnen nemen van de voorstellen die koninklijk informateur Didier Reynders op tafel gelegd heeft aangaande het zogenaamde probleem Brussel-Halle-Vilvoorde (BHV). Reynders zou het kiesarrondissement willen splitsen, behalve in de zes faciliteitengemeenten rond Brussel. Daar zouden de kiezers de keuze krijgen tussen een stem in Brussel of één in het zogenaamde Vlaams-Brabant. Dit voorstel is een stap terug t.o.v. het bijna-akkoord van 10-11 mei 2005. Volgens dat akkoord zouden de rechten van de Franstaligen om zich in Brussel kandidaat te stellen en daar te stemmen behouden worden in de zes faciliteitengemeenten en in 16 gemeenten zonder faciliteiten.

Voorts wil Reynders de apparentering tussen Brussel en “Vlaams” of “Waals” Brabant mogelijk maken. Eén en ander doet denken aan de aan Dehaene toegeschreven voorstellen uit april 2010. Zo zouden Nederlands- en Franstaligen partijen verplicht worden om in heel Brabant op te komen. Wat ons nochtans stoort is het woordje “of”. De apparentering moet in héél Brabant mogelijk zijn en beter nog ware de creatie van een tweetalige Brabantse kieskring, hetgeen de partijen zou verplichten om tweetalige formaties op te richten. Deze kieskring zou gepaard moeten gaan met de stichting van een provinciegewest Brabant, onafhankelijk van het “Vlaams” en het “Waals” gewest (en van de “Vlaamse” en “Franse” gemeenschap). Andere provincies zouden het Brabants voorbeeld kunnen volgen om zo het flamingantisch en wallingantisch juk van zich af te schudden.

De creatie van een “metropolitane gemeenschap” in en rond Brussel – met sociaal-economische, culturele en onderwijsbevoegdheden (in het voorstel zouden de autoriteiten van Franse gemeenschap een interventierecht hebben voor scholen of bibliotheken in de faciliteitengemeenten) – schijnt ons dan weer te ingewikkeld en te duur toe, daar het om een nieuwe entiteit zou gaan, terwijl het tijd is om entiteiten (lees: de gemeenschappen en de gewesten) af te schaffen.

Voor wat de Europese verkiezingen betreft, wil Reynders een federale kieskring in het leven roepen. Hoewel de B.U.B. geen tegenstander is van zo’n kieskring, zien we niet goed wat het nut ervan zou zijn op het Europese niveau. Het is integendeel op het niveau van de Kamer en van de Senaat dat men een Belgische kieskring moet inrichten, teneinde een centripetale dynamiek op gang te brengen. Vanzelfsprekend kan zulk een oplossing geen pasmunt zijn voor een eventuele splitsing van het kiesarrondissement BHV (zoals de MR zelf het trouwens in haar electoraal programma stelde). We vragen ons ook af wat het standpunt is van de Heer Reynders t.a.v. de Senaat. Het is onaanvaardbaar om, zoals voorgesteld in de nota Vande Lanotte, de directe verkiezingen voor de Hoge Vergadering af te schaffen. Desgevallend zou die geen democratisch draagvlak meer hebben, hetgeen misschien het doel van sommigen is teneinde ze daarna af te schaffen en als dusdanig het federale niveau nog verder te verzwakken.

Reynders zou ook willen toelaten dat de Franstaligen slechts eenmaal hun documenten in het Frans moeten aanvragen en dit voor een tijdsspanne van 4 of 6 jaar. Deze versoepeling van de “omzendbrief Peeters” gaat verder dan in de nota Vande Lanotte en De Wever. De geschillen in de Brusselse Rand zouden onder de bevoegdheid vallen van een tweetalige kamer van de Raad van State en voor de randburgemeesters zou vanaf 2012 een “nieuwe wijze van benoeming”  in voege treden.

Maar wat dan met de herfederalisering van de gemeente- en de provinciewet? Bovendien zou Reynders ook niet voorzien om de bewoners in de Rand te bevragen, om het minderhedenverdrag te ratificeren, de omzendbrief Peeters af te schaffen, evenals de discriminerende regels in de “Wooncode” of in het decreet “Wonen in Eigen Streek” te schrappen. Uiteraard weten we nu al dat de voorstellen van Reynders nooit aanvaard zullen worden door de partijen uit het noorden. Een week geleden nog verklaarde Hendrik Bogaert (CD&V) in Le Vif dat een zuivere splitsing van het kiesarrondissement BHV voor de federale verkiezingen en voor het Europees Parlement alsook de splitsing van het gerechtelijk arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde niet onderhandelbaar waren.

De Vlaams-nationalisten zouden tot drie kleine “toegevingen” bereid zijn: 1) een inschrijvingsrecht ten voordele van de inwoners in de faciliteitengemeenten waardoor ze op Brusselse Franstalige lijsten zouden kunnen stemmen; 2) een lichte versoepeling van de omzendbrief Peeters die de toepassing van de faciliteiten beperkt; 3) een nieuwe benoemingsprocedure voor de burgemeesters in de Rand. Volgens Bogaert is geen enkel compromis mogelijk als de partijen het niet eens worden over deze “fundamentele principes“. Voor de radicale vleugel van de MR daarentegen – het FDF – gaat de oplossing van Reynders niet ver genoeg.

De B.U.B. herinnert eraan dat BHV niet gesplitst moet worden, noch volgens het arrest van het Arbitragehof (thans Grondwettelijk Hof), noch volgens de parlementairen zelf die de zogezegd “ongrondwettelijke” kieskring “gebetonneerd” hebben door hun weigering om op 6 juli 2010 de verkiezingen in deze kieskring ongeldig te verklaren. De enige echte oplossing voor dit institutionele probleem is de afschaffing van de gewesten en gemeenschappen en hun vervanging door de 9 historische provincies, hetgeen een hereniging van Brabant impliceert, een these die trouwens door meer en meer personen – waaronder professor Reyntjens (UA) – ondersteund wordt.

(lees ook ons gedetailleerd artikel over BHV)